Culturele infrastructuur

Het geld van de minister is niet direct geoormerkt, maar de minister heeft wel haar vertrouwen uitgesproken dat de gemeenten het geld inzetten voor het ondersteunen van de culturele infrastructuur. Die infrastructuur is van groot belang, vertelt Eildert: “De duizenden mensen die werken in de Zwolse cultuursector zijn geen eilandjes. Alles hangt met elkaar samen. We moeten voorkomen dat er voor artiesten na de crisis geen podium meer is. En andersom, dat we de podia hebben gered maar er geen artiest meer over is.”

De waarde van kunst en cultuur

Gemeentes kunnen dus zelf beslissen waar het geld aan besteed wordt. In Zwolle heeft wethouder Monique Schuttenbeld een plan gemaakt waarin staat dat het volledige bedrag besteed wordt aan de cultuursector. Eildert: “Hier ben ik heel blij mee, want de culturele sector heeft het echt nodig. Ik zie in andere steden dat het geld ook voor minder relevante zaken wordt ingezet. Het is mooi om te zien dat er in Zwolle steeds meer draagvlak komt voor investeren in cultuur. De intrinsieke waarde van kunst en cultuur wordt steeds meer onderkend.”

Geld voor instellingen

De 1,4 miljoen wordt onder een aantal groepen verdeeld. Ten eerste zijn er de zogenaamde ‘cultuurfaciliterende en cultuurpresenterende instellingen’. Dit zijn o.a. ateliers, musea en podia zoals het Langhuis, Eureka, Academiehuis en Cultuurschip Thor. Nadat de grote instellingen zoals Hedon, Zwolse Theaters, de Fundatie en het filmhuis het Fraterhuis eerder al een bedrag hadden gekregen, is het nu de beurt voor anderen. Dit geld zorgt ervoor dat deze instellingen overeind kunnen blijven.

Geld voor makers

Uit diverse gesprekken is gebleken dat de nood bij culturele makers ook erg hoog is. Ondanks dat de minister  eigenlijk gepland had dat het geld hoofdzakelijk naar de instellingen zou gaan is het voorstel door wethouder Schuttenbeld verbreed: “De situatie in de stad is voor makers heel moeilijk. Zij zitten te springen om opdrachten. Daarom willen we ook voor hen extra geld uittrekken, zodat we straks niet met lege podia en galeries zitten.”

Daarnaast komt er geld voor het hybride productiehuis en voor regionale cultuurinitiatieven. Schuttenbeld: “Elke euro gebruiken we voor het helpen van de culturele sector. En gelukkig zijn er meer regelingen, want ook de amateurkunst kan goed hulp gebruiken. Zij kunnen ook gebruik maken van het Prins Bernhard Cultuurfonds. En dan zijn er ook andere rijksfondsen specifiek voor diverse cultuurmakers. We doen er alles aan om cultuur in de stad te behouden.”

Duidelijke afspraken

Het plan van het college wordt binnenkort besproken in de gemeenteraad. Eildert hoopt dat de gemeente snel de regelingen kan gaan uitvoeren: “We moeten alles op alles zetten om cultuur in de stad levend te houden. Mensen moeten weten waar ze aan toe zijn, en zolang er nog geen zicht is op opening van de culturele instellingen, is dit soort hulp van onschatbare waarde, ook al is het niet genoeg om iedereen te geven wat ze nodig hebben. Maar samen kunnen we het. Zo zie ik dat de culturele sector zelf ook alles op alles zet: Zwolse Theaters bijvoorbeeld programmeert ook veel regionale makers.” Wel vindt Eildert het belangrijk dat vooral de makers eenvoudige toegang hebben tot de regelingen: “Dat er snel duidelijkheid kan worden gegeven over de criteria van de bepaalde regelingen. Dat moeten we snel organiseren. Ik wil graag dat de gemeente makers pro-actief helpt, zodat ze erop kunnen vertrouwen dat ze snel worden geholpen.”

 

Binnenkort organiseert GroenLinks weer een Cultuurzwerm voor iedereen die werkt in de Zwolse cultuursector. Wil je graag op de hoogte blijven hierover? Mail naar info@groenlinkszwolle.nl.