In het debat over het sociaal beleid, waarover de gemeente volgend jaar heel veel meer te zeggen krijgt, wil GroenLinks de garantie dat er uiteindelijk altijd voldoende geld beschikbaar zal zijn voor mensen die zorg of ondersteuning nodig hebben. 'Met zijn allen zullen we de klappen van de rijksbezuinigingen moeten opvangen, om te voorkomen dat mensen er de dupe van worden,' aldus fractievoorzitter Patrick Rijke. Verder vroeg hij onder meer om een ombudsteam waar mensen terecht moeten kunnen als ze ergens tegenaan lopen.

Het gaat om mensen, niet om cijfers – in die zeven woorden is het standpunt van GroenLinks samengevat. GroenLinks wil het dus vooral hebben over mensen. Maar door het barre bezuinigingsbeleid van de regering moeten we het toch ook hebben over de cijfers, over het geld. Rijke riep zijn collegaraadsleden aan het begin van zijn pleidooi er toe op 'er samen in deze raad voor te zorgen dat het straks in de praktijk eerst en vooral draait om mensen, om hun welzijn, om de zorg die zij nodig hebben, om hun werkzaamheden en activiteiten.'

Cijfers
De nieuwe coalitie denkt op termijn 11 miljoen te kunnen bezuinigen, maar nergens wordt inzichtelijk waarop dit is gebaseerd. Feitelijk worden maar drie concrete besparingsmogelijkheden genoemd:
•    schoonmaak als algemene voorziening (maar dat moet nog worden onderzocht)
•    eigen bijdragen (maar de hoogte daarvan is nog niet vastgesteld)
•    de uitkomsten van de pilots huishoudelijke hulp: daaruit blijkt dat er voordeel is te halen door lagere tarieven - dat gaat dus bijvoorbeeld ten koste van het inkomen van werknemers - of een reductie van 5 tot maximaal 10% door minder overhead en efficiënter werken.
Verder is het vooral wishful thinking in de vorm van 'afspraken maken' en het afschuiven van de bezuinigingen op de uitvoerders.

Voor GroenLinks is doorslaggevend dat er genoeg geld voor de zorg is en blijft. GroenLinks is daarom op zichzelf tevreden met de vervolgafspraak uit het coalitieakkoord: Als bij de uitvoering desondanks knelpunten blijven bestaan, nemen wij onze verantwoordelijkheid als gemeente. Maar GroenLinks wil er absoluut zeker van zijn dat geen enkele inwoner van Zwolle straks om financiële redenen zorg moet ontberen die professionals nodig achten. Daarom willen wij de garantie dat dit vangnet ook voor individuele gevallen geldt. Wij willen de waarborg - vastgelegd in het beleid - dat er uiteindelijk altijd voldoende geld beschikbaar zal zijn voor mensen die in de ogen van de professionals zorg of ondersteuning nodig hebben.

Mensen

Betrokkenheid bij beleidvorming
We ontkomen niet aan de indruk dat de discussies vooral gevoerd zijn over de hoofden van de mensen heen die straks afhankelijk zijn van de gemeente voor zorg en ondersteuning. Het gaat dan niet over wat mensen écht nodig hebben, maar om wat beleidsmakers denken dat nodig is. Daarom zijn we ook zo benieuwd naar de adviezen van de cliëntenraden. De WMO-raad was vorig jaar bijvoorbeeld behoorlijk kritisch op de oude voorstellen.

GroenLinks heeft in de aanloop naar de verkiezingen de wensen van de Zwollenaren om wie het gaat in het sociaal beleid gebundeld met de suggestie om te komen tot een sociaal cliëntenakkoord. Wat wij van inwoners die het aangaat horen is dat zij vooral willen

•    dat ze een vertrouwensband met een zorgverlener kunnen opbouwen of vasthouden en dus zelf kiezen wie ze om hulp vragen, én waar
•    dat ze toegang hebben tot specialistische kennis als dat nodig is
•    en dat we rekening houden met de draagkracht van mantelzorgers en vrijwilligers: 'soms is het belangrijker om mijn mantelzorger te helpen', zegt men letterlijk.
Deze belangrijke wensen van cliënten en hun mantel-zorgers zijn in de nieuwe voorstellen veel beter geborgd dan in de eerdere plannen. Daar zijn we blij om.

Maar een heel belangrijk punt waar cliënten aandacht voor vragen is in onze ogen niet goed geregeld:
mensen moeten ergens terecht kunnen als iets mis gaat of ze het ergens niet mee eens zijn. Mensen kunnen ontevreden zijn over de ondersteuning die ze wel of niet aangeboden krijgen. Of het gewoon oneens zijn met het aanbod. Hulpverlenen is ook mensenwerk. En waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt.  Aan de andere kant stuiten hulpverleners mogelijk op barrières binnen hun organisatie als zij het belang van cliënten voorop willen stellen.
In al zulke gevallen zouden mensen in onze ogen terecht moeten kunnen bij een Zwols ombudsteam. Dit is een tweede belangrijke voorwaarde voor GroenLinks om met de plannen te kunnen instemmen.

Beroep doen op eigen kracht en netwerk
De regering en in het verlengde daarvan het college zet zwaar in op de eigen kracht van mensen en hun netwerk. GroenLinks vindt dat principieel een goede weg, maar niet om te kunnen bezuinigen. Het gaat om de intrinsieke waarde van zeggenschap over je eigen leven en omzien naar de mensen om je heen. En we moeten de ogen niet sluiten voor de keerzijde van de medaille. Daarom een positief punt en aandacht voor de schaduwzijde.

Right to challenge
GroenLinks Kamerlid Linda Voortman heeft samen met PvdA-er Otwin van Dijk bij amendement in de WMO weten vast te leggen dat inwoners het recht krijgen de gemeente uit te dagen als ze denken dat ze de zorg (of een deel daarvan) in hun buurt beter kunnen verlenen dan de gemeente. Wij willen dat de gemeente Zwolle dit recht om mee te bieden op publieke diensten ruimhartig opneemt in de verordeningen, bewoners daar actief van op de hoogte stelt en hen daar zo nodig bij begeleidt. Bewonersinitiatieven hebben immers een belangrijke sociale meerwaarde. Dat kunnen we niet genoeg benutten!

Uitbuiting en misbruik
Aan de andere kant vragen wij óók aandacht voor de schaduwzijden rond mantelzorg en vrijwilligerswerk, waar in de nota's met geen woord van wordt gerept: het onderzoek in twee wijken hier in de stad waarop Femmianne Bredewold is gepromoveerd laat bijvoorbeeld zien dat van mensen met een verstandelijke beperking bijna de helft te maken heeft met vormen van uitbuiting of misbruik: extra boodschappen op hun kosten kopen, hun nieuwe fiets wordt 'geruild' voor een waardeloze oude radio, ze worden gebruikt om dubieuze pakketjes door de stad te vervoeren en nog wel erger.
Als we meer en meer een beroep doen op het netwerk van mensen op een kwetsbaar moment of die voortdurend kwetsbaar zijn, mogen we de ogen hier niet voor sluiten.

Sociale wijkteams

Gevaar van 'doordokteren'
Het belangrijkste advies uit de evaluatie van de pilots pilots wijkteams gaat over de hoge mate van handelingsvrijheid van de professional. Dat is absoluut de belangrijkste randvoorwaarde! Maar dat strookt helemaal niet met de sturing op budget die de wethouder voorstaat. GroenLinks is bang dat er budgettaire druk op het team ontstaat om maar 'door te dokteren'. Vandaar dat wij zo veel belang hechten aan de inzet van voldoende geld voor de zorg.

De wijkverpleegkundige in het team
De kerntaak van de wijkverpleegkundige is de zichtbare schakel tussen zorg en welzijn in de wijk te zijn. Het project heette niet voor niets zo. In de ogen van staatssecretaris Van Rijn moet de wijkverpleegkundige een cruciale rol in de wijk spelen. GroenLinks vindt dan ook dat de wijkverpleegkundige eigenlijk in het kernteam thuishoort. De 'rol van toeleider naar het sociale wijkteam' is echt een anomalie: dat suggereert dat er een lijn is voor de eerste lijn!

De tweede lijn van specialistische zorg
De voorstellen en de presentatie die we hebben gekregen gaan over een kern - het wijkteam – en een eerste schil daaromheen. De tweede schil van specialistische zorg is geheel buiten beeld. We krijgen signalen dat dat ook in de praktijk (nog) zo is. Daarom willen we dat er goed wordt nagedacht over de verbinding van de specialisten met de mensen in het wijkteam. Specialisten kunnen coachen en adviseren, als vraagbaak dienen, voor deskundigheidsbevordering zorgen. Daarover leven goede ideeën onder de betrokken hulpverleners. Wij adviseren de wethouder en haar kwartiermaker daarom om ook de specialistische hulpverleners te betrekken bij het uitwerken van de plannen.   

Diensten in en aan huis (thuiszorg, begeleiding)

Mensen
“Het streven zal altijd zijn om waar mogelijk een verschuiving te bewerkstelligen van de diensten in en aan huis naar het gebruik maken van de eigen kracht, van het sociaal netwerk en van voorliggende (algemene) voorzieningen.” 
Dit is een prachtig theoretisch uitgangspunt. Maar in de praktijk hebben we het ook - en zelfs heel vaak - over mensen die steeds verder dementeren, over psychiatrische en andere patiënten met een progressief ziektebeeld of om mensen met een levenslange beperking. En er zijn veel mensen met wie het een tijd lang goed gaat en dan weer een tijd minder, in een onregelmatige cyclus.
Hier wreekt zich dat er vooral met beleidsmakers is gesproken over de mensen om wie het gaat – ik heb het al eerder gezegd. Wij vinden dat beleidsmakers, en ook het college, veel te optimistisch is over de mogelijkheden om op deze manier te bezuinigen.
Vandaar onze eis van een stevig financieel vangnet.

Schoonmaakondersteuning als een algemene voorziening
Dat lijkt een goede oplossing als eerste stap voor wie het zelf niet meer helemaal alleen af kan. Maar het gevaar bestaat dat de signalerende functie van de echte thuiszorgmedewerker verdwijnt als er alleen nog iemand wordt ingezet om de boel op te ruimen. Terwijl preventie juist voorop zou moeten staan. Niet alleen voor de betreffende Zwollenaar zelf, maar ook als je op lange termijn kosten wil besparen.
De bezuinigingen waarmee de overheveling van taken naar de gemeente gepaard gaan stellen de gemeente eigenlijk voor een onmogelijke opgave.
Als je wil dat mensen langer thuis kunnen blijven wonen, moet je juist investeren in thuiszorg, persoonsgebonden budgetten en dagbesteding. Maar de regering dwingt de gemeenten juist hierop te bezuinigen.
Vandaar onze eis van een stevig financieel vangnet.

Keuzevrijheid
Er worden veel voorwaarden aan het persoonsgebonden budget gesteld. Wat blijft er in de praktijk dan over van de keuzevrijheid? Voor een deel liggen de eisen in de wet vast. Maar de gemeente Zwolle voegt er nog twee extra drempelverhogende eisen aan toe. Volstrekt in tegenspraak met de met de mond beleden keuzevrijheid en eigen regie. En alleen maar geredeneerd vanuit de noodzaak tot bezuinigen.

Vandaar onze voorwaarden voor het benutten van het uitdagingsrecht en het zorgen voor een stevig financieel vangnet, zodat het stellen van de financieel gedreven eisen kan worden geschrapt.

Dagbesteding

GroenLinks vraagt aandacht voor de tegenstelling tussen de organisatie op wijk- of stadsdeelniveau en de keuzevrijheid en persoonlijke behoeften van mensen.

Ook hier constateren wij weer de resultaten van het praten over, maar niet mét de mensen om wie het gaat. Dat leidt tot beleidsgrootspraak over 'zorg en ondersteuning dichtbij'. Om vervolgens teams in te richten op stadsdeelniveau, die 25.000 tot 30.000 inwoners beslaan. Er zijn in dit land ook hele gemeenten van die omvang.
Het gevolg van zo'n papieren keuze voor zogenaamd dichtbij is dat dan de keuze voor de inwoners ook drastisch beperkt wordt tot wat 'in de buurt' voorhanden is. Dat strookt dus totaal niet bij de beleving van de mensen om wie het gaat. Neem alleen het voorbeeld van de ouders die ons laten weten: "ons verstandelijk beperkte kind naar dagbesteding in de wijk brengen kost ons net zo veel tijd als naar de zorgboerderij in de stadsrand."
    Een ander gevolg is het praten over poreuze grenzen en het streven dagbesteding voor verschillende groepen mensen te combineren. Klink in theorie weer heel aardig, maar wij denken dat de praktijk weerbarstiger is. Mensen met niet-aangeboren hersenletsel zijn bijvoorbeeld prikkelgevoelig. Zo iemand kan toch niet zomaar bij mensen met een psychiatrisch probleem of een verstandelijke handicap in de dagbesteding terecht komen?
Vandaar onze eisen van een stevig financieel vangnet en een ombudsteam waar mensen terecht kunnen als ze de dupe worden van het financieel gedreven nieuwe beleid.

Meedoen mogelijk maken (participatiewet)

Persoonlijk actieplan
Een fraai citaat uit de nota: "In deze gesprekken staan waarderende gesprekstechnieken centraal. Vanuit respect, de netwerken en kansen zien gaat de uitkerings¬gerechtigde (al dan niet met ondersteuning) op zoek naar een baan… Op basis hiervan worden afspraken gemaakt die door de uitkeringsgerechtigde worden vastgelegd in een persoonlijk actieplan."
Dat klinkt prachtig, het is idealistisch en het beeld rijst op van fijnzinnig menselijk maatwerk.

Maar dan dit citaat: "Dit persoonlijk actieplan maakt onderdeel uit van onze beschikking. Dit betekent dat wanneer een uitkerings-gerechtigde niet of onvoldoende meewerkt aan de afspraken uit het persoonlijk actieplan de mogelijkheid is om te handhaven en een maatregel op te leggen."
Nu komt er toch een flinke barst in het mooie beeld en wordt duidelijk waarom deze tekst onder het kopje Tegenprestatie staat.

Voor GroenLinks is een persoonlijk plan een persoonlijk plan. Dus geen vast stramien met 25 sollicitaties per week zoals bij Workfast. De ChristenUnie had Maatwerk in haar verkiezingsslogan staan. Daar rekenen we dan ook op.
En in onze ogen is het - juist vanwege het dubieuze karakter van het persoonlijk plan - ook voor de uitvoering van de participatiewet absoluut noodzakelijk dat inwoners terecht kunnen bij een een ombudsteam voor het hele sociaal domein.

Meer werk
Uitgangspunt van de nota is "We zetten het beschikbare budget in om mensen met een bijstandsuitkering weer zo snel mogelijk aan het werk te krijgen." Dat klinkt in eerste instantie als heel logisch en goed. Inwoner aan het werk en de gemeente hoeft een uitkering minder te bekostigen. Maar in de nota wordt terecht ook geconstateerd dat de arbeidsmarkt zeer ruim is en dat er een stijging van het aantal WWB-uitkeringen te verwachten valt. In dat licht is het niet meer dan een papieren uitgangspunt.
Hoe theoretisch dat principe is blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat de tijdelijke medewerkers van de Wezo in de bijstand terecht zullen komen. Dat de gemeente straks hun uitkeringen betaalt en het financiële voordeel van hun ontslag dus grotendeels verdampt is nog niet ergste. Deze mensen die het nu naar hun zin hebben, die werk hebben en een eigen inkomen, moeten straks weer opnieuw moeite moeten doen om actief deel uit te maken van de samenleving. Dat brengt ons op een derde punt:

Participatie-effectmeting
Het vorige college had als uitgangspunt vastgelegd: "Bezuinigingen mogen nooit leiden tot uitsluiting of een onevenredige verdeling van lasten. Dat houden we in het oog met een participatie-effectmeting."
Aan die effectmeting zijn vooral veel mooie woorden gewijd en daar is verder niet veel van terecht gekomen, maar GroenLinks houdt met name de PvdA, de ChristenUnie en de VVD die ook in het vorige college zaten aan de intentie: we moeten absoluut vermijden door ons beleid mensen juist minder mogelijkheden krijgen om volwaardig mee te draaien in de samenleving.
In dat licht wijzen we nadrukkelijk op de stapelingseffecten van de bezuinigingen op allerlei regelingen. Uit de jaarrekening blijkt dat een vijfde van de (ruim 52.000) huishoudens in Zwolle gebruikt maakt van 4 of meer regelingen. Dat betekent dat meer dan 10.000 huishoudens last zullen krijgen van bezuiniging op bezuiniging op bezuiniging op bezuiniging. 

Daarom voor de laatste keer: het is niet voor niets dat GroenLinks een stevig financieel vangnet als voorwaarde stelt om akkoord te kunnen gaan met de beleidsvoornemens voor het sociaal domein.