De avond werd ingeleid door Rutger Ekhart (Buitengeluk) met diverse voorbeelden van vergroening in de stedelijke omgeving, of juist het gebrek daaraan. Vervolgens gingen de aanwezigen uiteen aan verschillende tafels voor een gesprek aan de hand van stellingen, met als gast aan elke tafel inwoners die in de verschillende wijken van Zwolle al actief met vergroening bezig zijn. De avond werd afgesloten met een plenaire discussie waarin over de tafelgesprekken werd gerapporteerd.
De meest besproken stelling was: Wat we nodig hebben is niet alleen buurtgroen, maar ook stadsnatuur waar planten en dieren vrij spel hebben en inwoners van de stad hoogstens te gast zijn. De discussie draaide vooral om de vraag wat we moeten verstaan onder ‘groen in de stad’. Aan de verschillende tafels was brede overeenstemming over het idee dat het om meer moet gaan dan alleen buurtgroen, met meer ruimte voor natuur en verbindingen voor diverse planten en dieren in de vorm van groene aders door de stad.
Een tweede veelbesproken stelling was: Zorg in elke buurt en straat voor zoveel mogelijk voortuin als door bewoners gezamenlijk te gebruiken en onderhouden groen. Wat aansprak in deze stelling was het idee dat door inwoners gezamenlijk te beheren publiek groen, als buurt-, pluk- of moestuin, niet alleen bijdraagt aan meer diverse vormen van vergroening, maar ook aan meer onderling contact. Het kan ook kinderen en jongeren stimuleren om meer buiten te zijn en kennis te maken met alles wat groeit en bloeit.
De avond liet zien dat er al veel gebeurt in Zwolle met directe betrokkenheid van inwoners. Maar de mogelijkheden voor vergroening zijn nog lang niet uitgeput. Het nieuwe groenbeleid kan daaraan bijdragen en de ideeën die tijdens deze thema-avond naar voren kwamen zijn daarbij ook zeer welkom!