Het roodgele Ateliergebouw is destijds gerealiseerd met Landstede als partner, vanuit de gedachte om in samenhang met de Nooterhof een natuurschool te huisvesten. Landstede pakte gedurende diverse jaren een actieve maatschappelijke en groene rol in het gebied. Maar met het afstoten van haar maatschappelijke activiteiten in de Nooterhof werd het gebouw in bezit van Landstede steeds meer een stuk vastgoed, dat zijn natuurlijke relatie met de bijzondere omgeving verloor. 

Inmiddels is er door stichting De Nooterhof veel werk verzet en bruist het gebied weer van de groene activiteiten en ambities. Wat GroenLinks en Partij voor de Dieren betreft ligt er nu een uitgelezen kans om het gebouw en de Nooterhof weer met elkaar te verbinden. Het gebouw is destijds immers zorgvuldig in het waardevolle gebied geplaatst met een groene, maatschappelijke bestemming in gedachten. 

De fracties van GroenLinks en Partij voor de Dieren stellen daarom schriftelijke vragen aan het college. Zij vragen het college onder andere of zij de nieuwe levendigheid en inzet van stichting de Nooterhof ook waardeert en of zij het ook wenselijk ziet dat het gebouw weer beschikbaar komt voor activiteiten op het park. Daarnaast zijn GroenLinks en PvdD benieuwd of het college ook kansen ziet om met de verkopende partij in gesprek te gaan met als doel het Ateliergebouw te verwerven. De fracties horen graag welke rol de gemeente hierin kan en wil pakken.

De vragen die aan het college zijn gesteld:

  1. Is het college op de hoogte van de voorgenomen verkoop van het zogeheten Atelier-gebouw door Landstede?
  2. Dankzij de inzet van stichting de Nooterhof - en vele Zwolse vrijwilligers - is het park weer echt een belevenis geworden en komen veel Zwollenaren er inmiddels weer genieten en leren over de natuur. Waardeert het college - net als GroenLinks en Partij voor de Dieren die nieuwe levendigheid en inzet ook?
  3. Is het college het met GroenLinks en Partij voor de Dieren eens dat dit gebouw logistiek, ruimtelijk en historisch een zeer sterke relatie heeft met De Nooterhof en dat het zeer wenselijk is dat het weer beschikbaar komt voor de activiteiten in het park?
  4. Ziet het college kansen om met verkopende partij Landstede in gesprek te gaan met als doel het Ateliergebouw te verwerven? Kunt u dit toelichten?
  5. De Nooterhof zal naar verwachting voor haar activiteiten niet direct het hele gebouw nodig hebben als het lukt deze te verwerven. Ziet het college net als GroenLinks en Partij voor de Dieren ook kansen om - al dan niet in samenwerking met de huidige leegstandsbeheerder - hier bijvoorbeeld ateliers te vestigen die passen bij de groene doelstellingen van de Nooterhof?
  6. Is het college bereid de raad te informeren zodra er ontwikkelingen te melden zijn?