Het onderzoek naar de miljoenenstrop rond de verhuizing van de Stadkamer moet ongekleurd zijn, en de vinger op alle zere plekken leggen. Bij het onderzoek zullen ook vragen rond verantwoordelijkheden, en hoe organen en personen daar mee omgegaan zijn naar voren moeten komen. 'Wie echt wil leren moet daar ook niet bang voor zijn' aldus de GroenLinksfractie in het debat over de onderzoeksopdracht, op 11 januari. 'Dat zijn we, gezien de omvang van de financiele strop en de ingrijpende gevolgen voor de Stadkamer en haar duizenden gebruikers, aan de stad verplicht. We willen klip en klaar horen dat de onderzoekers hier helder over gaan rapporteren. We kunnen ons geen argumenten voorstellen om bij het verzamelen van feiten "in te houden" '.
De inbreng in het debat:
'Geen meerderheid voor een raadsenquête, maar dan toch in ieder geval de raad aan het stuur bij het externe onderzoek naar de miljoenenstrop rond de verhuizing van de Stadkamer. Dat is het compromis dat coalitie en 3 van de 4 oppositiepartijen sloten. De onderzoeksopzet die we nu bespreken is breed, en er zijn behoorlijke kosten aan verbonden. Gezien de grootte van de Stadkamerstrop is dit terecht. Er moet dan wel uitgehaald worden wat er in zit. Dat betekent dat de energie gestoken wordt in waar we ook voor de toekomst wat aan hebben. En we hele concrete open en eerlijke uitkomsten verwachten , ongekleurd, maar met vingers op alle zere plekken die worden gevonden. Wie echt wil leren moet daar ook niet bang voor zijn..
We gaan in op :
1- De positie van de raad in het onderzoek
2- Het gepresenteerde doel van het onderzoek
3- De gekozen onderwerpen
4- De bureaukeuze, en de verwachtingen.
1-Eerste punt is het betrekken van de raad en de informatievoorziening aan de raad. We vinden dat de positie van de raad in het onderzoek nog onvoldoende geregeld is, terwijl wij de opdrachtgever zijn. Om te beginnen willen wij onze visie op het proces kunnen inbrengen, bijvoorbeeld schriftelijk en eventueel mondeling verder toegelicht, en zeker het gevoel hebben dat hier serieus mee wordt omgegaan. Omdat het onderzoek nu vanuit de raad wordt aangestuurd, moeten we ook tussentijds kunnen volgen of het naar bedoeling verloopt. De eigen betrokkenheid van de raad bij de problemen moet daarbij natuurlijk grondig onderzocht worden. Dit gaat om de besluitvorming de verstrekte informatie en gewekte verwachtingen daarbij -versus de feitelijke uitvoering, onder andere via het afsluiten van contracten met GGD en Zara. We hebben harde kritiek over de wijze waarop deze contracten zijn afgesloten zonder precieze informatie daarover richting de gemeenteraad. Dit is voor ons een belangrijk onderdeel van de onderzoeksopdracht.
2- in de onderzoeksopzet bespeuren we enerzijds terecht stevige ambities, en een brede scoop, maar anderzijds, voorzichtigheid, of is het angst? Waarom anders zo benadrukken dat het gaat om leren.. Willen we leren dan moeten we ook verder durven kijken dan de technische aspecten van het GGD gebouw, en doorlopen van procedures, dit breder trekken als zaken opvallen. Dit gaat over meer dan asbest...Als we kijken in het lijstje van te interviewen personen, dan zijn we er niet gerust op dat het maximale er uit gehaald wordt, Van de mensen die er mee te maken hebben gehad worden uitsluitend mensen van de gemeente gehoord. Doen we ons niet tekort, en moeten we niet ook weten hoe de andere kanten, bijvoorbeeld de GGD, de Stadkamer, en Zara tegen het proces aankijken?
Wij willen het onderzoek ook iets spitser formuleren. Natuurlijk zal het gaan om leren. Maar bij het onderzoek zullen ook vragen rond verantwoordelijkheden, en hoe organen en personen daar mee omgegaan zijn naar voren komen. Of het nu college, ambtenaren, raad of betrokkenen van buiten de gemeentelijke organisatie zijn.Het is logisch dat dit helder in kaart gebracht wordt. Als het nodig blijkt moet ook een beoordeling gegeven kunnen worden. Met het onderzoeksrapport in de hand moet het voor de raad mogelijk zijn de verantwoordelijken die 'een steekje hebben laten vallen' ter verantwoording te roepen. Dat zijn we, gezien de omvang van de financiele strop en de ingrijpende gevolgen voor de Stadkamer en haar duizenden gebruikers, ook aan de stad verplicht. We willen klip en klaar horen dat de onderzoekers hier helder over gaan rapporteren. We kunnen ons geen argumenten voorstellen om bij het verzamelen van feiten 'in te houden'.
3-De onderzoeks-onderwerpen zijn breed aangegeven. Het raadvoorstel stelt dat het normenkader, hoe wordt er beoordeeld, mede via ambtelijke informatie bepaald wordt. We pleiten voor een, dat is het meest zuiver, extern opgesteld normenkader. Dus vooraf duidelijk scherp stellen wat je mag verwachten bij grote vastgoedprojecten als deze. Dat geeft de meeste mogelijkheden om een heldere spiegel voor te houden. Dit vraagt gevoel en deskundigheid van de onderzoekers.
4-Is dat gevoel den de deskundigheid over de breedte, van het onderzoek aanwezig?. Hebben de onderzoekers voldoende kennis, onafhankelijkheid, politiek gevoel en durf om de uitkomsten duidelijk en waar nodig scherp neer te zetten? Het is belangrijk wie de personen van het bureau zijn die het onderzoek gaan doen, dat ze gezaghebbend zijn om beoordelingen te geven en aanbevelingen te doen... We willen daar nog wel gevoel bij krijgen.
Afrondend: GroenLinks wil uit dit onderzoek halen wat er in zit, dat zijn we aan Zwolle verplicht. Alvorens we starten willen we duidelijkheid over onze vraagtekens, en enkele aanscherpingen'.
Lees hier de eerdere inbreng van GroenLinks in het Stadkamerdebacle: https://zwolle.groenlinks.nl/nieuws/fractie-stemt-tegen-asbestmiljoenen…